Accepteren

Wanneer je bij toneelspelen een scene improviseert, is het belangrijk de inbreng van de ander te accepteren. Wanneer twee acteurs een scene spelen waarbij de één zegt: ‘Vandaag zijn we 5 jaar getrouwd!’ en de andere acteur zegt: ‘We zijn niet getrouwd, jij bent mijn broer!’ dan loopt de scene vast. De inbreng wordt niet geaccepteerd.

Drama is bij uitstek een vak waarbij kinderen met elkaar samen leren werken. Niet alleen bij het voorbereiden van een toneelstuk, maar dus ook heel erg in het moment, tijdens een improvisatie. Voor het improviseren van een leuke scene ben je volledig afhankelijk van elkaar. Je moet elkaar aanvullen en met elkaars fantasie mee kunnen gaan. Ook wordt er van de leerlingen gevraagd flexibel te zijn.

Hieronder een simpele oefening waarbij de kinderen de input van de ander moeten accepteren en er direct in mee moeten gaan:

Eén van de kinderen komt voor de klas. Dit kind is de jarige in de volgende scene. Een aantal andere kinderen (een stuk of 5) komen op verjaardagsvisite en natuurlijk hebben ze allemaal een cadeau meegebracht. Alle kinderen die op visite komen doen alsof ze een cadeau vasthebben. Hierbij moeten ze bedenken wat voor cadeau het is: groot, klein, zwaar, licht, kun je het dragen of moet je het duwen? Misschien beweegt het cadeau, omdat het iets levends is. Het maakt niet uit wat het is, zolang de manier waarop ze het vasthouden er maar bij past. De jarige neemt elk cadeau aan. Hierbij wordt de manier van vasthouden overgenomen door de jarige. De jarige doet alsof hij het uitpakt. Dan pas mag het kind die het cadeau gaf, verklappen wat het was. De jarige mag het natuurlijk ook eerst proberen te raden.
Reactie plaatsen